8 maart 2021

Een valse leraar op de preekstoel

Mark Dever beschrijft verklarende verkondiging terecht als ‘prediking waarin de spits van een bepaald bijbelgedeelte de spits van de preek vormt’.

Toch heb ik in mijn leven ook preken gehoord (en gehouden) die bedoeld waren als verklarende verkondiging, maar toch in meer of mindere mate tekortschoten. In dit artikel beschrijf ik twaalf valkuilen. In de eerste vijf gevallen vormt de boodschap van het gedeelte niet de boodschap van de preek en wordt de tekst dus misbruikt. Bij de volgende vijf valkuilen gaat het mis bij het verbinden van de boodschap met het leven van de gemeente. Tot slot beschrijf ik twee valkuilen waarbij niet onderkend wordt dat prediking uiteindelijk Gods werk is.

Wat ik in dit artikel naar voren breng, heb ik niet allemaal zelf bedacht. Een groot deel heb ik in de jaren negentig geleerd in Eden Baptist Church in Cambridge. Daarnaast heb ik al doende her den der verschillende dingen opgestoken. Een aantal jaar geleden heb ik al een vergelijkbaar artikel geschreven. Naar aanleiding van reacties die ik daarop kreeg heb ik een aantal punten toegevoegd en verder uitgewerkt. Ongetwijfeld valt er nog meer over te zeggen.

Als een voorganger geen oog heeft voor de tekst

1. De ongefundeerde preek: de tekst wordt verkeerd begrepen

In dit geval zegt een predikant iets wat misschien wel waar is, maar op geen enkele manier voortkomt uit een juiste uitleg van het schriftgedeelte. Het kan dat hij onzorgvuldig omgaat met de inhoud van de tekst (neem bijvoorbeeld een preek over ‘production’, ‘prompting’ en ‘inspiration’ naar aanleiding van 1 Thessalonicenzen 1:3 in de NIV, terwijl die woorden door de vertalers zijn ingevoegd en er in het Grieks helemaal niet staan). Maar hij kan ook onzorgvuldig omgaan met de context (een preek over David en Goliath waarin de vraag gesteld wordt: wie is jouw Goliath en wat zijn de vijf gladde stenen die je altijd paraat moet hebben om hem te kunnen verslaan?).

Een voorganger moet zijn boodschap laten bepalen door wat hij heeft ontdekt door diep in het Woord te graven. Doet hij dat niet, dan laat hij zich al snel leiden door zijn eigen ideeën, en niet door die van God.

2. De springplankpreek: de spits van de tekst wordt genegeerd

Nauw verwant aan de ongefundeerde preek is de springplankpreek. In dat geval is de voorganger geïntrigeerd door een bepaald onderwerp dat de tekst wel raakt, maar niet de hoofdboodschap is. Denk aan een preek vanuit Johannes 2 over de bruiloft te Kana die vooral benadrukt dat het geoorloofd is om als christen alcohol te gebruiken en niets zegt over de heerlijkheid van Christus die getoond wordt als Jezus water in wijn verandert.

Een van de grote voordelen van het preken van vervolgstof, is dat een voorganger gedwongen wordt om over thema’s te preken die hij liever zou vermijden. Hij wordt aan de andere kant ook gedwongen om niet meer aandacht dan nodig te besteden aan onderwerpen die hij altijd sterk benadrukt. Iemand die zich bezondigt aan ongefundeerde preken of springplankpreken, kan deze twee voordelen onbewust de nek omdraaien, waardoor Gods boodschap het zwijgen opgelegd wordt of naar de marge gedrukt wordt.

3. De leerstellige preek: de rijkdom van de tekst wordt genegeerd

Het is niet voor niets dat God ‘op vele wijzen’ tot ons gesproken heeft (Hebreeën 1:1). Te veel preken negeren het literaire genre van een gedeelte. Ze behandelen geschiedenissen, poëzie, brieven en eindtijdprofetieën allemaal als een aaneenschakeling van uitspraken die de werkelijkheid beschrijven. Hoewel alle preken zich moeten uitspreken over de waarheid, mag dat niet het enige zijn. Vanwege de literaire context zal een preek over een gedeelte uit Hooglied anders klinken dan een preek over Efeze 5. Het gedeelte heeft in de kern misschien wel dezelfde boodschap, maar ze wordt op een andere manier overgebracht.

De diversiteit van de Schriften moet in de prediking niet afgevlakt maar gekoesterd worden. Een predikant moet de boodschap brengen op een manier die aansluit bij het literaire genre. Geschiedenissen kunnen ons helpen ons om ons beter in te leven, poëzie moet onze emoties verdiepen, eindtijdprofetieën moeten ons ontzag inboezemen.

4. De grote stappen snel thuis-preek: de bijbeltekst komt nauwelijks aan de orde

Deze vorm van prediking is het tegenovergestelde van de exegetische preek (zie daarvoor nummer 6): er lijkt helemaal geen exegese aan te pas te komen. De Heere volvoert Zijn plan door Zijn Woord, maar alleen de predikant is zich daar ten volle van bewust. Na de dienst zeggen de gemeenteleden niet tegen elkaar: ‘Wat was dat een prachtig bijbelgedeelte’, maar ‘Wat was dat een prachtige preek!’

Laten we onze gemeente blijven aanmoedigen om Gods stem te horen, niet alleen die van ons. Dat doen we door regelmatig terug te verwijzen naar de tekst. ‘Kijk maar mee wat God in vers vijf zegt’ in plaats van ‘Luister goed naar wat ik nu ga zeggen.’

5. De Christus-loze preek: de preek is al ten einde voordat de Zaligmaker wordt genoemd

In Johannes 5:39-40 berispt Jezus de Farizeeërs: ‘U onderzoekt de Schriften, want u denkt daardoor eeuwig leven te hebben, en die zijn het die van Mij getuigen. En toch wilt u niet tot Mij komen opdat u leven hebt.’ Wat triest als we de gemeente leiden in het bestuderen van een bijbelgedeelte maar daarbij nalaten om te laten zien wat de tekst over Christus zegt, terwijl we zelf tot Jezus gekomen zijn om leven te ontvangen. Wat triest als we naar aanleiding van oudtestamentische teksten moralistische preken maken en zelfs Christus-loze en evangelie-loze preken weten te maken vanuit de evangeliën zelf. Denk je in hoe afschuwelijk het zou zijn om een preek te houden over de gebeurtenissen in Gethsémané en dan de gemeente vooral voor te houden hoe ze in hun leven met grote spanning om moeten gaan.

Als Gods Woord een enorm wiel is, dan is Christus de naaf en het evangelie de as. Voor elk schriftgedeelte geldt dat dat we als predikant tekortschieten als we vanuit de spaken niet bij de naaf terechtkomen en verkondigen wat het gedeelte over Christus zegt en wat het evangelie ermee te maken heeft.

Als een voorganger geen oog heeft voor de gemeente

6. De exegetische preek: de tekst wordt niet toegepast

Zoals de ongefundeerde preek de tekst volledig uit het oog verliest, zo verliest de exegetische preek de gemeente volledig uit het oog. Mensen noemen bepaalde prediking die door moet gaan voor ‘verklarende verkondiging’ nogal eens saai en irrelevant. En terecht. Je zou net zo goed een bijbelcommentaar kunnen lezen. Alles wat gezegd wordt is waar, maar het is eerder een lezing dan een preek. Er valt veel te leren van het gebruik van de genetivus absolutus bij Paulus, maar zo’n verhandeling zegt ons niets over wie God is en hoe het met ons hart gesteld is. De toepassing – als je het al zo kunt noemen – richt zich enkel op het Echte verklarende verkondiging richt zich zeker eerst op het verstand, maar verwarmt vervolgens ook het hart en doet iets met de wil.

Een dieet van enkel exegetische prediking geeft mensen het gevoel dat preken alleen relevant zijn als ze volgens de laatste wetenschappelijke inzichten zijn geschreven. Dat stempelt ook het persoonlijk bijbellezen. We krijgen dan het idee dat we prima Gods Woord kunnen lezen en tegelijk onveranderd kunnen blijven.

7. De irrelevante preek: de toepassing richt zich op mensen buiten de gemeente

Te veel preken wakkeren trots aan onder gemeenteleden doordat er met stenen gegooid wordt naar de ramen van de buren. De boodschap van de preek wordt bijvoorbeeld alleen toegepast op onkerkelijke mensen, alsof het Woord niets te zeggen heeft voor de kerk. Maar soms richt de toepassing zich ook op problemen die nauwelijks leven in de gemeente waar de preek wordt gehouden.

De gemeente kan daardoor hoogmoedig worden en zoals de Farizeeër in de gelijkenis van Jezus dankbaar de kerk uit gaan omdat hij niet is zoals anderen. Het antwoord op de prediking is geen berouw en geloof, maar: ‘Mevrouw die-en-die zou deze preek eens moeten luisteren!’ of: ‘Zo’n preek zouden ze eens in de plaatselijke gereformeerde kerk moeten houden!’

Dergelijke prediking voedt de eigengerechtigheid in de gemeente, niet de godsvrucht.

8. De privépreek: de tekst wordt alleen toegepast op de voorganger

Het is gemakkelijk om als predikant te bedenken wat de betekenis van de tekst voor je eigen leven is en dan te preken alsof de hele gemeente in dezelfde situatie verkeert. Voor mij is het in ieder geval het makkelijkst om te begrijpen wat een schriftgedeelte te zeggen heeft voor een blanke Britse man van middelbare leeftijd die een vrouw en zes kinderen heeft en predikant is van een kleine gemeente in West-Londen. Dat kan heel mooi zijn voor mijn eigen stille tijd, maar is niet per se nuttig voor mijn gemeente, want niemand past verder in dat plaatje.

Wat betekent deze tekst voor een tiener en voor een alleenstaande moeder? Voor een vrouw van middelbare leeftijd die graag getrouwd had willen zijn of voor een immigrant? Voor een werkloze of voor een atheïst of moslim die voor een keer een dienst bijwoont? Voor de gemeente als geheel of voor de buschauffeur, de kantoormedewerker, de student of de huismoeder?

De privépreek kan ertoe leiden dat de gemeente het idee krijgt dat de Bijbel alleen iets te zeggen heeft voor ‘professionele’ christenen. Ze zouden zomaar kunnen gaan denken dat fulltime werken voor een kerk of een christelijke organisatie de enige manier is om je leven echt nuttig te besteden. Het kan ervoor zorgen dat de gemeente een voorganger op een voetstuk gaat zetten en het christelijk leven via hem gaan leven. De gemeenteleden verliezen dan ook uit het oog dat het Woord zeggenschap heeft over alle terreinen van hun leven en weten niet hoe ze het Woord moeten uitdragen richting mensen die heel anders in het leven staan dan zij.

9. De hypocriete preek: de preek heeft iedereen iets te zeggen, behalve de voorganger

Het tegenovergestelde van een privépreek is een preek waarin de predikant wordt gezien als degene die het Woord bedient, maar niet als iemand die laat zien wat het betekent om vanuit het Woord te leven.

Soms is het nodig dat een voorganger ‘u’ zegt in plaats van ‘wij’. Maar een predikant die altijd ‘u’ zegt en nooit ‘wij’ laat daarmee niet zien dat hij slechts een onderherder is. Hij is in de eerste plaats ook maar een schaap die de stem van goede Herder moet horen, die Hem moet kennen en volgen en zich aan Hem moet toevertrouwen om eeuwig leven te ontvangen.

Een predikant die zichzelf in de toepassing vergeet, kan dezelfde fout maken als de gemeenteleden die het christelijk leven via hun voorganger leven: hij leeft via zijn gemeente. Hij neemt aan dat het volgen van Jezus voor hem volledig samen valt met zijn werk in de gemeente. Uiteindelijk zal hij helemaal niet als een discipel onder het Woord leven, maar als iemand die alleen anderen onder het Woord stelt en zelf op afstand blijven.

10. De misplaatste preek: de boodschap van het gedeelte wordt verkeerd vertaald naar de hedendaagse context

Soms is er te weinig inzicht in de hermeneutische kloof tussen het schriftgedeelte en de gemeente. De toepassing van de oorspronkelijke tekst wordt dan onterecht direct overgebracht naar de hedendaagse context. Als een voorganger bijvoorbeeld geen juiste bijbelse visie heeft op het dienen van God, worden gedeelten over de tempeldienst misschien wel onterecht toegepast op de gang van zaken in de nieuwtestamentische gemeente. En intussen wordt er geen aandacht besteed aan de vervulling van de oudtestamentische eredienst in Christus en Zijn gemeente. Zo claimen predikers van het welvaartsevangelie soms de beloften van aardse zegeningen voor de gelovige Israëlieten onder het oude verbond en passen ze die zomaar toe op de gelovigen onder het nieuwe verbond.

Als een voorganger geen oog heeft voor de Heere

In lessen homiletiek wordt vaak gewezen op twee perspectieven: die van de tekst en die van de gemeente. Maar een christelijke voorganger moet beseffen dat achter de tekst en de gemeente de Heere staat, Die de tekst geïnspireerd heeft en aan het werk is in de gemeente.

11. De passieloze preek: de boodschap van het gedeelte wordt uitgesproken, niet verkondigd

Het is mogelijk dat een predikant een bijbelgedeelte volkomen begrepen heeft en de gemeente een aantal treffende en diepgaande lessen wil voorhouden, maar dat vervolgens doet in een preek die hij voorleest alsof het een stuk van het telefoonboek betreft. Ook al predikt de voorganger het Woord van God, het gevoel ontbreekt dat God Zelf aan het woord is. Als de predikant niet inziet dat het God Zelf is die door Zijn Woord en door de toepassing van de Heilige Geest Zijn volk bemoedigt, vermaant, onderwijst, aanspoort, vormt en loutert, zal er vaak geen passie zijn, geen ontzag, geen ernst, geen teken van vreugde, geen verdriet of tranen – het zijn slechts woorden.

12. De krachteloze preek: de boodschap van het gedeelte wordt verkondigd zonder gebed

Er wordt zo veel tijd besteed aan bestudering van het gedeelte en het vervaardigen van de preek dat er vaak weinig tijd overschiet voor gebed om het juiste verstaan van de tekst of een goede toepassing.

Een predikant die hard werkt maar weinig bidt, vertrouwt meer op zichzelf dan op de Heere. Het is misschien wel een van de grootste verleidingen voor voorgangers die een verklarende verkondiging voorstaan. Een verkeerde exegese of een onterechte toepassing wordt al snel opgemerkt door de beter onderlegde gemeenteleden. Maar het verschil dat het gebed van de predikant maakt, wordt alleen zichtbaar voor de Heere, en op de dag dat alle dingen geopenbaard zullen worden. Het perspectief van de Heere en de eeuwigheid is uiteindelijk het allerbelangrijkste voor een voorganger. Hij hoeft zich in feite alleen maar druk te maken om de perspectieven van de tekst en de gemeente omdát het perspectief van de Heere en de eeuwigheid onzichtbaar en van oneindig groot belang is.

Conclusie

Verklarende prediking is zo belangrijk voor de gezondheid van de gemeente omdat op die manier de volle raad van God verkondigd wordt aan de volle breedte van de gemeente van God. Moge de Heere predikanten zo bekwaam maken dat Zijn stem wordt gehoord en gehoorzaamd.

Meer toerusting