16 oktober 2020

Waarom is het leerstuk van de hel onderdeel van het evangelie?

Je hart zal vast een sprongetje van vreugde gemaakt hebben toen je hoorde dat 9Marks een heel tijdschrift gewijd heeft aan de hel. Of toch niet? In feite is de hel een onderwerp waar we het liefst onze ogen zo snel mogelijk van afwenden. Als er één ding is waar we niet over na willen denken, is dit het wel.

Er zijn mensen bij wie de hel – de gedachte dat het een plaats is van welbewuste pijniging, waar de vijanden van God eeuwig worden gestraft – zoveel weerstand oproept dat ze niet alleen hun ogen afwenden en er niet over willen nadenken, maar het hele leerstuk loochenen. ‘De hel is een menselijk construct dat gebruikt wordt om mensen te onderdrukken en in angst te houden’, zeggen ze. ‘Een God van liefde zou nooit toestaan dat er echt zo’n plaats zou bestaan.’ Dat argument klinkt best aanlokkelijk. Er is niemand, en zeker geen christen, die het een fijn idee vindt dat er een hel bestaat.

De diepe dimensie van het evangelie

Tegelijkertijd is dit leerstuk niet slechts een onbetekenend detail in het totaalplaatje van het christelijke wereldbeeld. En het is ook niet iets waarin we alleen maar geloven omdat het ons zo verteld is, een onnodig en primitief dogma waarvoor we ons moeten schamen.

Integendeel. Dat de hel een realiteit is, geeft de heerlijkheid van het evangelie een extra diepe dimensie. Het helpt ons om te begrijpen hoe groot God echt is, hoe verschrikkelijk zondig wij zelf zijn en hoe onuitsprekelijk groot het wonder is dat Hij in genade naar ons omziet. En bovenal helpt dit leerstuk ons – als we het tenminste niet proberen te negeren – om gefocust te zijn op onze opdracht om het evangelie te verkondigen aan iedereen die het gevaar loopt om voor eeuwig in de hel terecht te komen.

Tegen die achtergrond willen we stilstaan bij vijf punten die stuk voor stuk onderstrepen dat de hel integraal onderdeel is van het evangelie.

De Bijbel leert ons dat de hel een plaats is die echt bestaat

Ik zal niet uitgebreid bij dit punt stilstaan. Anderen hebben dit eerder al glashelder uiteengezet. Ik volsta ermee om te zeggen dat de leer van de hel niet is uitgevonden door middeleeuwse bisschoppen om leken angst aan te jagen. Ze namen de gedachte over van de apostelen. En de apostelen hadden het leerstuk niet uitgevonden om heidenen angst aan te jagen. Zij hadden het van Jezus. En Jezus heeft het dogma niet geleend van de zoroastriërs om de farizeeën angst aan te jagen. Hij was God, dus Hij wist dat de hel echt bestond. Daarom sprak Hij er ook over. Bovendien was de realiteit van de hel iets wat onder het Oude Testament ook al geopenbaard was.

Kortom als we zeggen dat we christenen zijn en dat we geloven dat de Bijbel het Woord van God is, moeten we erkennen dat de Bijbel leert dat de hel echt bestaat. Maar er is meer.

De hel laat ons zien hoe gruwelijk de zonde in wezen is

Heb je ooit iemand horen beweren dat een eeuwige pijniging in de hel nooit een passende straf kan zijn voor een menselijke zonde? Dat is een gedachte die veel zegt over het menselijk hart. Wat is dat toch, dat mensen die nadenken over de hel altijd tot de conclusie komen dat de schuld bij God ligt en niet bij henzelf? Dat laat wel zien dat wij altijd geneigd zijn om onze zonde te bagatelliseren, om te zeggen dat God het bij het verkeerde eind heeft als Hij zegt dat we straf verdienen en om te argumenteren dat het allemaal zo erg niet is.

Dat de hel bestaat is de doodsteek voor die zelfrechtvaardiging. Ongelovigen zullen de verschrikkingen van de hel altijd zien als een aanklacht tegen God. Als christen weten wij echter dat God volmaakt rechtvaardig is en moeten we concluderen dat de verschrikkingen van de hel juist een aanklacht tegen ons betekenen. We willen onze zonden misschien wel bagatelliseren, verontschuldigingen aandragen of proberen ons geweten te sussen. Maar het feit dat God gezegd heeft dat we eeuwige pijniging verdienen vanwege die zonde, herinnert ons eraan dat ze niet zo klein en onbetekenend zijn. Ze zijn onmetelijk groot, door en door slecht.

De hel laat ons zien hoe onveranderlijk en onwankelbaar Gods rechtvaardigheid is

Mensen hebben zich in het verleden regelmatig laten verleiden tot de gedachte dat God een corrupte rechter is, Iemand die de eis van het recht negeert omdat Hij de gedaagde aardig vindt. ‘We zijn allemaal kinderen van God’, wordt er dan gezegd. ‘Hoe kan God zo’n verschrikkelijke straf geven aan een deel van Zijn kinderen?’ Het antwoord op die vraag is niet zo moeilijk: God is geen corrupte rechter. Hij is een volmaakt rechtvaardige rechter.

Dat komt keer op keer in de Bijbel naar voren. Als God Zichzelf aan Mozes openbaart, maakt Hij Zich bekend als barmhartig en genadig, maar Hij zeg ook dat Hij de schuldige nooit onschuldig houdt. In Psalm 89 lezen we dat ‘gerechtigheid en recht’ het fundament van Zijn troon zijn. Wat een heerlijke zin! Om God te kunnen zijn, kan Hij het recht niet aan de kant zetten en de zonde onder het vloerkleed vegen. Hij moet met een antwoord komen – een antwoord dat afdoende is en dat helemaal aan de eisen van de rechtvaardigheid voldoet. Als God het eindoordeel uitspreekt, zal op elke zonde een verdiende straf volgen. Niet zwaarder, maar ook niet lichter.

De Bijbel leert ons dat op die dag, als God Zijn vijanden straft met de hel, de hele wereld zal erkennen dat Gods oordeel onwankelbaar rechtvaardig is. In Jesaja 5 wordt dit heel helder beschreven: ‘Daarom zal het graf zijn keel wijd opensperren en zijn muil wagenwijd opendoen.’ Het is een overweldigend beeld, zo’n graf dat zijn mond openspert om de inwoners van Jeruzalem op te slokken. En toch wordt op deze manier, zo zegt Jesaja, ‘de Heere van de legermachten verhoogd door het recht, en de heilige God geheiligd door gerechtigheid.’

Ook in Romeinen 9 lezen we dat God door de verschikkingen van de hel ‘Zijn toorn wil bewijzen en Zijn macht bekendmaken’, met als doel ‘de rijkdom van Zijn heerlijkheid bekend te maken aan de voorwerpen van Zijn ontferming’ (vers 22 en 23 naar de Engelse vertaling).

We begrijpen het nu misschien maar ten dele, maar op een dag zal de hel zelf Gods heerlijkheid bekendmaken. De hel zal – met al zijn verschrikkingen – samen met de psalmist getuigen: ‘Gerechtigheid en recht zijn het fundament van Zijn troon.’

De hel laat ons zien hoe afschuwelijk het kruis was en hoe groot Gods genade ten diepste is

Vanuit Romeinen 3 weten we dat God Jezus naar voren heeft geschoven als zoenoffer ‘om Zijn rechtvaardigheid te bewijzen’. Dat deed Hij ‘vanwege het voorbijgaan aan de zonden die eertijds hadden plaatsgevonden onder de verdraagzaamheid van God’.

Waarom moest Jezus sterven aan het kruis? Omdat dat de enige rechtvaardige manier was om ervoor te zorgen dat niet iedereen in de hel terecht zou komen. Jezus moest doorstaan wat wij verdiend hadden, en dat betekent dat Hij hels lijden moest doorstaan aan het kruis. Dat betekent niet dat Jezus echt in de hel is geweest, maar wel dat de spijkers en de doornenkroon maar een klein onderdeel uitmaakten van Zijn lijden. Het zwaartepunt was de toorn van God die over Hem uitgestort werd.

Toen de duisternis over de aarde viel, was dat niet Gods manier om het lijden van Zijn Zoon aan het zicht te onttrekken, zoals sommigen wel gezegd hebben. Het was de duisternis van de vloek van Gods toorn. Het was de duisternis van de hel, en die daalde op dat moment in volle kracht op Jezus neer – de volle kracht van de toorn van God de Almachtige.

Als je het kruis in dat licht ziet, ga je iets zien van de grootheid van Gods genade voor jou, als je tenminste christen bent. Dat Jezus het verlossingswerk op Zich wilde nemen, hield ook in dat Hij bereid was om de toorn van God en de hel te verdragen die jij verdient hebt. Wat een heerlijk bewijs van Zijn liefde en barmhartigheid! Je zult de diepte van die liefde echter alleen kunnen peilen als je inziet hoe afschuwelijk de hel is, als je het bestaan ervan onderkent en als je ervoor huivert.

De hel leert ons focussen op de opdracht om het evangelie te verkondigen

Als de hel echt bestaat en mensen werkelijk het risico lopen om daar voor eeuwig terecht te komen, is er niets wat urgenter en belangrijker is dan te gehoorzamen aan het bevel dat Jezus Zijn discipelen vlak voor Zijn hemelvaart gaf: verkondig over de hele wereld het goede nieuws dat vergeving van zonden mogelijk is door Jezus Christus.

Ik kan van harte instemmen met wat John Piper zei in een interview met The Gospel Coalition: ‘Het is bijna onmogelijk om het evangelie niet te verkondigen als je gelooft dat er een hel is en dat er na dit leven eindeloos lijden aanbreekt voor degenen die het evangelie niet geloofd hebben.’ Er zijn allerlei goede dingen die christenen kunnen doen, en in veel gevallen ook zouden moeten doen! Maar als de hel inderdaad bestaat, zou je dit eens kunnen overwegen – nee, móét je dit overwegen. Er is één taak die alleen christenen kunnen vervullen en die niemand anders op zich zal nemen: mensen vertellen hoe ze vergeving van zonden kunnen ontvangen en kunnen voorkomen dat ze voor eeuwig in de hel terecht komen.

Conclusie

Er is geen twijfel over mogelijk dat het leerstuk van de hel verschrikkelijk is. Het leerstuk is verschrikkelijk omdat de realiteit verschrikkelijk is. Maar dat is geen reden om je ogen ervan af te wenden en de hel te negeren, en al helemaal niet om het hele idee dan maar te verwerpen.

Sommige mensen denken dat ze de liefde en de eer van God meer laten schitteren door dit leerstuk te verwerpen of het in ieder geval te laten liggen in de prediking. Een grote misvatting! Want in feite doen ze daarmee juist afbreuk aan de heerlijkheid van de Zaligmaker, Jezus Christus. Alsof dat waar Hij ons van verlost heeft bij nader inzien eigenlijk niet zo heel verschrikkelijk was.

Doordat we van zoiets afschuwelijks zijn verlost, krijgt de heerlijkheid van de zaligheid alleen maar meer reliëf. En dat niet alleen. Als we meer zicht hebben op de verschrikking van de hel, zien we ook met meer liefde, dankbaarheid en aanbidding op naar Degene Die de hel voor ons heeft doorstaan en ons verlost heeft.

Meer toerusting