2 juni 2021

Een geweten gebonden
door Gods Woord

In dit artikel neem ik je mee naar het verleden. We duiken in de familiehistorie van het christelijk geloof en kijken wat we ervan kunnen leren. Waar worstelden onze geestelijke grootvaders mee, zoals een Maarten Luther? Waar streden zij voor en wat hebben zij ons vandaag nog te vertellen?

Het leven van Maarten Luther

Maarten Luther, geboren in 1483 in Eisleben (Duitsland) is één van de belangrijkste personen uit de Westerse geschiedenis geworden. Door heel de Westerse wereld heeft Luther op religieus en politiek vlak zijn sporen achtergelaten. Als ‘aanstichter’ van de Reformatie heeft hij grote invloed gehad op de opstand en het omverwerpen van de macht van de katholieke kerk. Toch wil ik het niet hebben over zijn religieuze en politieke invloed op onze Westerse wereld. Luther was namelijk veel meer een toegewijde christen dan een opstandeling, en veel meer een liefhebber van God en de Bijbel dan van machtsstrijd.

Hans Luther, Maartens vader, wilde dat Maarten door zou studeren om jurist te worden. Maar het liep anders. Tijdens een hevige storm waarin Luther bijna geraakt werd door de bliksem beloofde hij God dat, als hij het zou overleven, hij zeker het klooster in zou gaan. Hij zag de gebeurtenis als een teken van God Zelf. En zo geschiedde. In plaats van het studeren tot jurist begon Luther in 1505 met het bestuderen van de Bijbel. En wel in een Augustijnenklooster. In 1512 werd Luther zelfs ‘doctor der Heilige Schrift’. In de vijf jaar die volgden bleef Luther de Bijbel onderzoeken en bestuderen. In die jaren hield hij zich onder andere bezig met de Romeinenbrief en de Galatenbrief. Wat hij in die brieven ontdekte zou grote gevolgen hebben.

Wat Augustinus honderden jaren eerder al had gezien, werd ook Luther duidelijk. De Bijbel, en niet de kerk, droeg het hoogste gezag en zaligheid was alleen uit het geloof en enkel uit genade. Deze beide overtuigingen waren zo radicaal anders waren dan wat de katholieke kerk leerde, dat Luther in 1517 het besloot aan te kaarten. De katholieke kerk leerde namelijk (1) dat uiteindelijk niet de Bijbel, maar de kerk het gezag droeg en (2) dat men door goede werken en het kopen van aflaten zaligheid kon ontvangen. Luther schreef 95 stellingen om de wanpraktijken en onjuistheden van de kerk bloot te leggen en spijkerde deze op de deur van de Slotkerk te Wittenberg. Deze 95 stellingen zouden een fundament worden van de protestantse Reformatie.

Luther’s boodschap aan jou en mij

Er valt veel te leren van Maarten Luther en de korte presentatie van Luther hierboven vat bij lange na niet wat hij heeft betekent voor de verspreiding en bewaring van het christendom. Het is zeker de moeite waard om je verder te verdiepen in deze broeder. Maar in dit artikel wil ik op één, fundamenteel, aspect van het leven van Luther inzoomen: het gezag van Gods Woord en daarmee God Zelf. Luther’s revolutionaire ideeën zijn niet geboren vanuit revolutionaire sentimenten. Luther werd niet gedreven door een wil om het gezag van de katholieke kerk omver te werpen, of door een wil om een nieuwe kerk te beginnen onder zijn eigen naam, of om zelf een machtig en bekend man te worden. Niets daarvan:

Ik wil alle mensen vragen om, als het over mijn naam gaat, zich stil te houden en zichzelf niet ‘Luthers’ maar Christen te noemen. Wat is Luther? Is de leer van mij? Ik ben voor niemand gekruisigd. Hoe zou ik, als arme, zondige zak maden, mensen, kinderen van Christus, toe kunnen staan om mijn heilloze naam te dragen? Ik ben geen meester, en ik wil het ook niet zijn. Samen met de gemeente deel ik in de universele leer van Christus, en Hij alleen is onze Meester. (The American Journal of Theology)

Luther was overtuigd dat Zijn Heer en Meester, Jezus Christus Zelf, een andere leer verkondigde dan de roomse kerk. Maar Luther was nooit tot deze conclusie gekomen als hij niet eerst het gezag van Gods woord had erkend.. Luther ontdekte – na uren, dagen, weken en maanden studeren – dat de Bijbel iets radicaal anders leerde dan de kerk, namelijk dat rechtvaardiging alleen mogelijk was door geloof en uit genade. Romeinen 1:17 gaf voor Luther uiteindelijk de doorslag. Hij schrijft:

Uiteindelijk, door de genade van God, na dag en nacht overdenken, sloeg ik acht op de context van de woorden, namelijk: ‘Want de gerechtigheid van God wordt daarin geopenbaard, zoals geschreven is: Maar de rechtvaardige zal uit het geloof leven.’ Daar begon ik te begrijpen dat de rechtvaardige leeft door de gerechtigheid van God, dankzij de gave van God, namelijk door het geloof. En dit is de betekenis: de gerechtigheid van God is geopenbaard door het Evangelie, namelijk de passieve gerechtigheid met welke de genadige God ons rechtvaardigt door geloof, zoals geschreven staat: ‘Maar de rechtvaardige zal uit het geloof leven.’. Hier voelde ik dat ik volledig opnieuw geboren door open poorten was binnen gegaan in het paradijs zelf. Heel de Schrift toonde me ineens een totaal ander gezicht. Vanuit mijn herinnering doorliep ik de Bijbel, voor zover ik me de teksten herinneren kon, en vond daar overeenkomstige gedachten. (…) Die tekst van Paulus was voor mij waarlijk een poort naar het paradijs.

Laten we dieper graven

Luther begreep lang niet wat die woorden in Romeinen 1 moesten betekenen. Hij begreep niet hoe de gerechtigheid van God iets goeds kon zijn; het enige wat hij zich daarbij kon voorstellen was Gods oordeel over zondaren zoals hijzelf. Maar ondanks dat gaf Luther niet op. Hij wilde Gods woorden begrijpen – hoe lang het ook zou duren. De door mij onderstreepte woorden in het bovenstaande citaat vormen een veelzeggende zin: ‘Na dag en nacht overdenken begon ik [het] te begrijpen. Vanuit mijn herinnering doorliep ik de Bijbel, voor zover ik me teksten herinneren kon, en vond daar overeenkomstige gedachten.’

Wat mij betreft is dit één van de belangrijkste lessen van het leven van Luther. Luther bestudeerde en memoriseerde de woorden van de Bijbel. En vervolgens overdacht hij die woorden totdat hij ze begreep. Precies zoals Psalm 1:1-2 dat omschrijft: ‘Welzalig de man (…) die zijn vreugde vindt in de wet van de HEERE en zijn wet dag en nacht overdenkt.’ Mag dit ook onze houding worden!

Luther werd een (letterlijk) zalig man toen hij de woorden van de Heere bleef overdenken, dag en nacht. Laten ook wij onze vreugde hierin vinden en Gods woord veelvuldig lezen, memoriseren en overdenken. Laten we ophouden met lui zijn en uitvluchten verzinnen. Laten we bidden om een hernieuwd verlangen om Gods woord te lezen, om het echt te begrijpen en om God echt te kennen. Onder andere dankzij Luthers inspanningen hebben wij überhaupt een Bijbel tot onze beschikking. Laten we er dankbaar gebruik van maken.

Laten we ons onderwerpen

Luthers ontdekkingen kostte hem niet alleen veel tijd en inspanning, het leverde ook veel weerstand op. Maar ondanks dat de kerk, de geestelijken en bijna alle kerkgangers er een andere leer op na hielden, gaf Luther niet op. Hij was er zeker van dat de Bijbel Gods woorden bevatte en dus bleef hij staan voor zijn Heer. Laat dit Luthers tweede les voor ons zijn. Al bestuderen we de Bijbel van kaft tot kaft en kunnen we hele bijbelboeken opzeggen; als we ons niet onderwerpen aan Gods woord, en dus aan God Zelf, is het leeg. Het zal niet leiden tot vreugde, zaligheid en vrede.

Maar hoe zit het met onze kerken? Hoe zit het met onze levens? Onderwerpen wij ons werkelijk aan Gods woord en bepaalt Gods woord wat wij geloven? Willen wij gecorrigeerd en vermaand worden door Gods Woord? Onderzoeken wij de Bijbel nog om te controleren of dat wat de voorganger of dominee zegt wel klopt? Of laten we ons beïnvloeden door wat de cultuur voorschrijft, of door hoe andere kerkleden zich gedragen? Laten we ons beïnvloeden door wat ons gevoel ons ingeeft? ‘Als het goed voelt, dan is het goed’? Hoe zit het met ons vertrouwen in, en onze onderwerping aan, God en Zijn woord als het gaat over onze structurele zonden? En als het gaat over seksualiteit? – Of zelfs als het gaat over essentiële zaken van het van het evangelie als zonde, oordeel, hel en bekering?

Mag Luther je aansporen, als je over deze zaken nadenkt, om jezelf eerst de vraag te stellen: wie is heer en meester in mijn leven? De dominee? De cultuur? Mijn vrienden? Mijn gevoel? Ik bid, met de woorden van Luther, dat je conclusie mag zijn:

Mijn geweten is gebonden door Gods Woord.

Ik bid dat je Gods woord zult openslaan om je te onderwerpen aan God, en om God Zelf beter te gaan leren kennen.

Meer toerusting