Lengte: 16:07 / Bekeken: 562 x
Serie:

Gods reddende genade breekt door

In het gebed van Jona, uitgesproken vanuit de buik van de vis,  kijken we recht in het hart van een man die opnieuw heeft leren bidden. ‘Oh God, mijn God,’ roept hij (Jona 2:1). In deze lezing laat Leander Janse zien hoe dit gebed een spiegel is van het evangelie. Jona erkent zijn zonde en Gods oordeel: ‘Verstoten ben ik van voor uw ogen’ (vers 4). Hij beseft dat hij zichzelf niet kan redden: ‘De grendels sloten zich voor eeuwig achter mij’ (vers 6). Deze erkenning is volgens Leander essentieel om het evangelie te begrijpen.

Maar er klinkt ook hoop. Jona herontdekt Gods barmhartigheid – een God ‘die rijk is in barmhartigheid’ (Efeze 2:4). God wil niet alleen redden, Hij doet het ook: ‘Maar uit het verderf trok u mijn leven omhoog’ (vers 6). Dat besef leidt tot dankbaarheid: ‘Met dankzegging zal ik u offers brengen’ (vers 9), en vervolgens tot overgave: ‘Wat ik beloofd heb, zal ik nakomen.’

Leander: ‘Herken jij die dankbaarheid? Want wie Gods verlossing werkelijk begrijpt, wordt een dankbaar, toegewijd mens die leeft tot eer van Hem.’

Meer toerusting